Samenvatting
Uit enige infectieproeven met aardappel-S-virus, isolatie “Eersteling”, blijkt dat planten van het ras ‘Bintje’ onder kasomstandigheden zeer moeilijk met deze stam zijn te besmetten. Planten van het ras ‘Mentor’ zijn vatbaarder, maar kunnen slechts in een jong stadium (twee tot vier weken na het poten) worden besmet.
Article PDF
Similar content being viewed by others
Avoid common mistakes on your manuscript.
References
Beemster, A.B.R., — 1961. Een vergelijking tussen het transport van X-virus en twee verschillende stammen van Y-virus in aardappelplanten. T.PlZiekt. 67:278–279.
Bokx, J.A. de, — 1961. Het toetsen van aardappelknollen op de aanwezigheid van YN-virus. T.PlZiekt. 67:273–277.
Quak, F., — 1960. Jversl. Inst. plziektenk. Onderzoek 1960:85.
Author information
Authors and Affiliations
Rights and permissions
About this article
Cite this article
de Bokx, J.A., Waterreus, H.A.J.I. The translocation of potato virus S, isolate “Eersteling”, in potato plants. Netherlands Journal of Plant Pathology 73, 55–57 (1967). https://doi.org/10.1007/BF01976524
Accepted:
Issue Date:
DOI: https://doi.org/10.1007/BF01976524